20 september 2020

Verbeelding in cultuur – bijdrage PvdA aan Cultuurdebat

In de gemeenteraad is gedebatteerd over cultuur in onze stad. Namens de PvdA heeft Hans Rube de volgende bijdrage geleverd:

 

VERBEELDING IN CULTUUR

‘Verbeeldingskracht vormt in de verbinding van onze stedelijke samenleving een wezenlijk rol. Kunst en cultuur zijn daarin onmisbaar.’

Woorden uit de recente hoofdlijnenbrief van dit college.

Niks mis mee. Een florerend kunst- en cultuurklimaat zijn inderdaad voorwaarden voor een levendige stad.

Daarom was de PvdA benieuwd hoeveel we van deze verbeeldingskracht terug zouden vinden in de cultuurnota waarin het Tilburgse beleid voor de komende jaren wordt geschetst.

Hoewel we een aantal positieve elementen in de nota terugvinden, is het voor de PvdA vooral proza met een teleurstellend gebrek aan creativiteit.

Tilburg koestert als stad zijn makers, houdt de nota ons voor.

Diezelfde makers, kunstenaars, artiesten, organisaties en instellingen worden echter karig beloond voor al hun verbeeldingskracht. Waar blijft het makersfonds extra?

In totaal heeft onze stad van makers een dikke 25 miljoen euro op de begroting staan voor cultuur. Voor die makers blijft het echter gerommel in de marge als we de bestemming van de grote bedragen tegen het licht houden.

Het cultuurgeld moet immers ook de komende jaren weer vooral gestoken in de huur van vastgoed. We pompen euro’s rond in de eigen gemeentelijke organisatie: cultuur geeft de bekende instellingen in de stad subsidie voor de huur van een gemeentelijk gebouw, diezelfde penningen vloeien vervolgens terug in de gemeentekas.

Van het resterende bedrag op de cultuurbegroting gaat voortaan structureel geld naar cultuureducatie, het erfgoedprogramma, het Makersfonds, de samenwerking in BrabantStad en Cupudo.

………..

CiST , Hall of Fame, Het Zuidelijk Toneel, Theaters Tilburg, Paradox, De NWE Vorst, 013, Bibliotheek, Natuurmuseum, Textielmuseum, Factorium, Art-Fact en Stichting Ateliers horen in het nieuwe Cultuurplan tot de basisvoorzieningen van de stad.

Waarom noemt de PvdA dit ‘rommelen in de marge?’

Zes Tilburgse innovatieve culturele organisaties worden ondanks een positief advies van de cultuurcommissie BrabantStad de komende 4 jaar niet meer financieel ondersteund door provincie noch gemeente.

Geen subsidie, omdat het plafond is bereikt.

Het budget van de Professionele Kunsten 2021-2024 is uitgeput, laat de wethouder zelfs weten op vragen van de PvdA en D66.

Zo dreigt een belangrijk onderdeel van de door iedereen geprezen Tilburgse culturele infrastructuur te verdwijnen. Ook zullen er minder gelden uit landelijke fondsen naar gemeente en provincie vloeien, waarschuwen de zes organisaties.

Landelijke sponsoren en fondsen stellen bij het toekennen van extra ondersteunende budgetten lokale ondersteuning als absolute voorwaarde.

Geen geld van de gemeente en/of Brabant betekent geen geld uit die potten.

Gevolg: einde verhaal voor evenementen die Tilburg nationaal en internationaal positieve publiciteit opleveren. Nog steeds spreken kunstliefhebbers over de Lust Warande uit 2000, de editie waarbij de beroemde kunstenares Berlinde De Bryuckere 20 jaar geleden een paard in een boom in het park ophing.

Tilburg maakt zich bij de subsidietoekenning er wel erg gemakkelijk vanaf door te wijzen naar de adviezen van de Brabantse commissie. Een negatief Brabants advies betekent dat stedelijke initiatieven, die hier gewaardeerd worden en geworteld zijn, van de ene op de andere dag geen subsidie ontvangen.

De PvdA vraagt de raad voor alle 6 instellingen die nu dreigen te sneuvelen een oplossing te vinden. Niet, zoals de wethouder antwoordt op onze vragen, door daarvoor alleen maar een beroep te doen op het toch al krappe budget voor Kunstenaarsinitiatieven uit het Cultuurplan, maar door veel breder te kijken naar middelen, bijvoorbeeld daarvoor ook te kijken naar het co-financieringsfonds.

En misschien kunnen we samen met andere partijen en met verbeeldingskracht kijken of van de ‘grote culturele hoop’ een bedragje geschoven kan worden naar ‘de marge’.

Door het kwijtschelden van huren, of die over 30 jaar te spreiden zoals we vanmiddag hoorden, kan ruimte voor alle makers ontstaan.

Wellicht kunnen raad en college, daar sluit de PvdA zich aan bij de oproep van D66,  zoeken naar mogelijke ruimte binnen andere velden, als willekeurig voorbeeld zou CIST bekostigt kunnen worden uit het potje voor Onderwijs en andere initiatieven uit het economische veld.

De raad mag immers ‘meedenken’ over eventuele alternatieven.

Daarom vraagt PvdA extra ondersteuning voor ZZP’ers die werkzaam zijn in de kunstensector, van geluids- en lichttechnici, decorbouwers, muzikanten en artiesten met losse contracten. Wij zien net als het CDA ook nog een groot vraagteken staan bij de WAT-hal. Wat gebeurt er voor deze Werkplaats voor Amateurkunst?

Onze stad heeft inmiddels van de rijksoverheid extra gelden toegezegd gekregen als steun voor de kunstensector. In onze optiek moet dat geld niet wegvloeien in de exploitatietekorten van de grote instellingen.

Wij zien namelijk grote problemen bij de ZZP’ers door weggevallen inkomsten door corona.

Tilburg moet in de ogen van de PvdA daarom het extra toegekende rijksgeld inzetten voor steun aan kleinere gezelschappen en lokale artiesten en kunstenaars en ZZP’ers die met de handen in het haar zitten en hun installaties en instrumenten moeten verkopen om rond te komen. De extra gelden die we als gemeente ter beschikking hebben moeten terecht komen bij de makers, de individuele artiesten.

Wij roepen onze collega’s in de raad met elkaar en deze wethouder op om daarover met veel verbeeldingskracht in gesprek te gaan met de andere wethouders in het  college en met het veld. Wij zullen daartoe een motie indienen.