PvdA Tilburg stelt vragen over inclusiebeleid

Naar aanleiding van de uitspraak van onze burgemeester omtrent het besluit het college niet meer aanwezig zal zijn bij activiteiten van religieuze organisaties waar mannen en vrouwen gescheiden plaatsnemen, stelde raadslid Aziza Aboulkacem vragen over het inclusiebeleid van de gemeente Tilburg. Het college heeft hierop snel en uitgebreid geantwoord.

Raadslid Aziza stelde namens PvdA Tilburg verschillende vragen omtrent het ingenomen standpunt van het college en het inclusiebeleid. Allereerst vraagt zij of het krantenartikel waarin dit standpunt naar buiten is gebracht de boodschap ook bevat zoals het college dit achtte over te brengen. Daarbij vraagt ze hoe het college denkt dat dit bericht is overgekomen bij betrokken religieuze gemeenschappen en inwoners. Ook vraagt zij of organisaties of personen contact hebben opgenomen met het college na dit krantenbericht, en indien dit zo is, welke signalen hierbij zijn overgebracht. Aansluitend vraagt Aziza hoe het college wenst het dialoog aan te gaan met de diverse gemeenschappen en inwoners over de gewenste inclusienorm en welke inspanningen van het college verwacht kunnen worden om deze dialoog aan te gaan.

Ter beantwoording op deze eerste vragen geeft het college aan dat de nodige context belangrijk is bij het artikel. Bij deze context is het van belang dat de burgemeester hiermee reageerde over zijn ervaring van deze bijeenkomst. Hierbij gaf hij bijvoorbeeld aan dat hij het jammer vond dat hij geen persoonlijk contact kon hebben met de vrouwen, wat hij ongewenst en onprettig vond. Het college geeft aan dat het artikel tot onrust kan leiden en dat zij daarom het prioriteit vond om de vragen zo snel mogelijk te beantwoorden. Hierbij geeft het college ook aan dat zij gemeenschappen of inwoners persoonlijk te woord zal staan om te praten over eventuele vragen of visies. Het college geeft aan dat individuele collegeleden zijn aangesproken op het artikel. Bij het contact hierover zijn vragen gesteld en zorgen geuit, deze zijn besproken en de context bij het artikel is in deze persoonlijke gesprekken ook naar voren gebracht. Het college geeft aan dat zij graag doorgaat met het dialoog over dit onderwerp, in lijn met eerdere aanpak zullen deze gesprekken ook intensiveren.

Vervolgens stelt Aziza de vraag op welke wijze het college de term ‘inclusie’ definieert. Hierop antwoordt het college dat de definitie van inclusie is vastgesteld in de ‘beleidsnota inclusie – Tilburg, stad van verbinding’. De waarden dat je jezelf moet kunnen zijn, onderdeel moet kunnen zijn van de samenleving en veilig en weerbaar bent, vormen de fundamenten van ons beleid en handelen en wat wij ook onze inwoners in hun omgang met elkaar gunnen.

Verder vraagt Aziza of het klopt dat het college het besluit heeft genomen om geen activiteiten te willen bijwonen waar mannen en vrouwen gescheiden van elkaar plaatsvinden. Daarbij vraagt zij ook hoe en wanneer dit besluit is genomen. Ook stelt ze de vraag hoe ver het college gaat met de invulling van dit standpunt, wordt dit bijvoorbeeld alleen gedaan bij specifieke omstandigheden. Vervolgens vraagt Aziza of het college eveneens een standpunt heeft ingenomen over het niet bijwonen van bijeenkomsten waarbij op een andere wijze sprake is van genderongelijkheid, het uitsluiten van mannen of vrouwen bij een activiteit of benadeling van mannen of vrouwen in bepaalde functies of posities. Aansluitend wordt gevraagd in hoeverre specifieke criteria zijn opgesteld op basis waarvan een evenement wel of niet zal worden bijgewoond.

Het college stelt dat zij geen standpunt heeft aangenomen dat leden van het college nooit (religieuze) bijeenkomsten zouden bezoeken als mannen en vrouwen daar gescheiden deelnemen. Het college zal per bijeenkomst een afweging worden gemaakt, op basis van inhoudelijke en situatiespecifieke afwegingen, of en wie er zal deelnemen vanuit het college. Ze geven ook aan dat zij geen generiek standpunt hebben ingenomen over andere bijeenkomsten waarbij op een andere wijze sprake kan zijn van bijvoorbeeld genderongelijkheid.

Tot slot vraagt raadslid Aziza of het college het gesprek nog aangaat met organisaties waarbij de inclusienormen van het college niet worden gehaald. Daarbij vraagt ze hoe het college in contact blijft met iedereen in onze stad. Het college antwoordt dat zij openstaat voor elke vorm van dialoog met inwoners, groeperingen en organisaties in onze gemeente.

De vragen van Aziza en de beantwoording, met context, van het college kan je hier teruglezen.