Tussen 2004 en 2012 zijn 800 personen bloot gesteld aan chroom6. Daardoor zijn zij overleden, ernstig ziek geworden of lopen zij een leven lang risico hierop. Alleen dat gegeven is al zeer ernstig. Wat het als raadslid een onbegrijpelijke zaak maakt, is dat het mede de schuld is van de gemeente Tilburg. Een gemeente die juist moet opkomen voor haar inwoners en moet zorgen voor een goede gezondheid van de mensen.
Het onderzoek naar dit debacle had volledige antwoorden op moeten leveren. Het raadsdebat van 27 mei had de laatste vragen weg moeten nemen. Zowel het onderzoek als het debat riepen echter juist méér vragen op. Vragen over het onderzoek naar zware metalen, vragen over de gekozen route voor het horen van betrokken bestuurders en medewerkers, vragen over de benodigde veranderingen binnen de organisatie.
De overkoepelende vraag die boven al deze vragen hangt is: weten we nu wat we kunnen weten, móeten weten, over het chroom6-drama? Of is er nog veel meer te weten? De slachtoffers en gedupeerden kunnen het hoofdstuk chroom6 waarschijnlijk nooit afsluiten, maar het boek wellicht wel een beetje meer dicht doen als ze weten dat dit echt het hele verhaal is. De raadsleden van de gemeente Tilburg willen uiteraard besluiten kunnen nemen op basis van alle relevante kennis. En lessen trekken voor de toekomst.
De conclusie die de PvdA nu trekt is dat we niet alles weten wat we kunnen weten, wat we moeten weten, over het chroom6-drama. Teveel cruciale partijen en personen hebben het laten afweten bij het verstrekken van informatie. De directie Sociale dienst, het vermeende betrokken RI&E-bureau, AkzoNobel en de arbeidsinspectie. Dat zijn niet de minste partijen, sterker nog het zijn dé partijen waarover het in het onderzoek gaat. En wie werkten er nog meer niet mee? We weten het niet. Een volledige lijst van personen die niet hebben meegewerkt, om welke reden dan ook, is er namelijk niet.
De onderzoekers trokken de afgelopen maanden al keiharde conclusies, zeker richting de gemeente Tilburg. De gemeente had de zorgplicht voor de achthonderd deelnemers van tROM die verplicht tewerk werden gesteld in de NS werkplaats. Het betrof een groep deelnemers die vanwege hun achtergrond extra kwetsbaar waren. Deze zorgplicht is meermaals en ernstig geschonden. MAAR, dit is nog niet alles de commissie is ook snoeihard in haar conclusies dat: er een onheldere strategie is gevoerd, slechte communicatie tussen partijen is geweest, belangrijke informatie niet werd gedeeld, personeel ingezet die niet bekwaam was in het omgaan met gevaarlijke stoffen, er onvoldoende handhaving en er een cultuur van vermijden van conflicten was, een lijn die liever wegkeek en liever niet wilde weten wat er werkelijk speelde, en die leidinggevende waar zij voor verantwoordelijk waren onvoldoende ruggesteun gaven.
Ik vraag u nogmaals, hoe kan het dat de directie of vertegenwoordigers van de sociale dienst niet zijn gehoord? Hetzelfde geldt voor de vertegenwoordigers van de Arbeidsinspectie, hoe is het in Nederland mogelijk dat die niet gehoord zijn? Idem dito voor de vertegenwoordigers van Akzo-Nobel en vertegenwoordigers van de RI&E bedrijven, waarom zijn zij niet gehoord?
De vraag waar we vandaag als raad een besluit over moeten nemen is of we met zo’n algemene conclusie van het college welk de volledige oorzaak op ‘de tijdsgeest’ schuift en daarmee het boek wil dichtslaan genoegen moeten nemen? Of moeten we dieper willen gaan, kijken naar de rol van alle partijen en personen, en zorgen dat we echt alles weten? De PvdA vindt het schaamteloos dat cruciale partijen en personen, ook van binnen de gemeente Tilburg, niet hebben meegewerkt aan het onderzoek. Het onderzoek is daarmee simpelweg niet af. Er is sprake van een half onderzoek. Daarmee nemen wij geen genoegen. De slachtoffers, nabestaanden, raadsleden en de inwoners van de gemeente Tilburg, hebben recht op het hele verhaal.
Daartoe is de PvdA voornemens om drie moties in te dienen: 1) een nadere toelichting vanuit de zijde van het RIVM aangaande zware metalen in de verf van de geschuurde treinen, 2) dat we als raad vinger aan de pols kunnen houden mbt de veiligheidscultuur en 3) het RIVM opdracht te geven om niet verschenen instanties en vertegenwoordigers alsnog te interviewen.
Het debat heeft opgeleverd dat twee moties, aangaande zware metalen en de veiligheidscultuur, unaniem door de gemeenteraad zijn aangenomen. De meest verregaande motie over het interviewen van afwezige partijen kon niet op een raadsmeerderheid rekenen. Hoewel de coalitiepartijen een stap zetten en daarmee een beweging inzetten richting betrokkenen konden we als fractie niet instemmen om het chroom6 dossier dicht te slaan. Niet met de vragen die nog open staan. Teneinde het Openbaar Ministerie niet voor de voeten te lopen is er een voorbehoud gemaakt op de inzet van het instrument van de raadsenquete om betrokkenen onder ede te horen.